02-04-2011

World Invasion: Battle Los Angeles

Genre: Sci-Fi / Actie
Met: Aaron Eckhart (The Dark Knight, Rabbit Hole), Michelle Rodriguez (Machete)
Waardering:  2/5

De originele titel zegt al genoeg; aliens komen de aarde veroveren. In dit geval Los Angeles. De oorzaak is de hoeveelheid water op onze planeet, althans dat wordt op CNN in de film gesuggereerd. Qua verhaal is het weer drama, zoals wel vaker bij die alien-invasie-films, maar daarvoor ga je ze meestal ook niet kijken natuurlijk. Sgt. Mike Nantz (Eckhart) heeft net z'n ontslag ingediend bij het leger, maar moet alsnog aan de bak om LA te beschermen en samen met een groep soldaatjes gaat hij de strijd aan tegen de aliens.

In 10 minuten worden middels kleine scènes de soldaatjes één voor één voorgesteld. Je ziet een quasi-persoonlijke scéne van een soldaatje en zijn zwangere vrouw, of een soldaatje bij de bloemist, of een soldaatje die ligt te zuipen op het strand. Bij elke scène komt de naam van het soldaatje in beeld, maar 2 minuten later ben je alle namen vergeten. Het maakt ook niet uit, want alles wat ze zeggen is "Run!", "Incoming!" of  "Look out!". Wanneer er één doodgaat heb je vaak geen idee welk van de 10 soldaatjes het was. Alleen Nantz wordt enigszins een tastbaar personage, maar ook hij moet de hele film teren op één herinnering. Het acteren is dan ook wat mat, zelfs door een prima acteur als Eckhart. Je kan het hem niet kwalijk nemen, want met zo'n statisch personage valt weinig te doen.

"This is not a drill, Captain!" zegt de man die de soldaatjes op pad stuurt. Van L.A. is dan nog maar weinig over, aliens bombarderen de stad en je ziet straaljagers en helikopters overvliegen. Veel dialoog is er niet, maar wanneer er dan gesproken wordt tussen alle gevechten en ellende door dan krijg je dus dit soort uitspraken. De gesprekken worden soms ondersteund door een orkestje strijkers, die waarschijnlijk een soort episch gevoel moeten opwekken. Echt emotioneel werd ik er niet van. Ook niet fijn is het camerawerk. Alles is heel onstabiel geschoten. Ik kan me daar best wel aan ergeren en snap ook niet wat het toevoegt aan films. In Cloverfield snap ik het, maar hier zou de film een stuk lekkerder wegkijken met een stabiele camera.

De aliens zijn wel leuk gedaan, vond ik. De special-effects zijn helaas niet erg indrukwekkend, maar de aliens zijn aardig ontworpen en hebben allerlei menselijke trekjes. Je ziet ze soms overleggen, ze slepen hun gewonden weg en ze zorgen dat ze gedekt worden als ze manoeuvreren. Kleine dingetjes die ik wel grappig vond om te zien. De actie is ook wel okee. De hele film is eigenlijk één grote aaneenschakeling van dekking zoeken, aliens kapot knallen en weer verder lopen/rijden/vliegen. Het is niet bepaald origineel, maar er zijn gelukkig ook geen onrealistische plotwendingen. Er is allemaal wel naar te kijken en ik heb me gedurende 2 uur niet verveeld, maar daar is dan ook alles mee gezegd.

30-03-2011

The Sunset Limited

Genre: Drama
Met: Samuel L. Jackson, Tommy Lee Jones
Waardering:  5/5

Een TV-film, uitgezonden op HBO, gebaseerd op een toneelstuk van Cormac McCarthy. Tommy Lee Jones heeft de regie in handen. De film begint zonder aankondiging of introductie met twee mannen in een huiskamer, zittend aan een klein tafeltje. De twee mannen hebben geen naam, in de aftiteling worden ze genoemd als Black en White. Je snapt vast wel wie wie is. White zit er verslagen bij en Black vraagt zich af wat hij met White moet doen. White is een professor, wat Black doet wordt niet duidelijk, maar is ook volstrekt irrelevant. White heeft net geprobeerd om een einde aan zijn leven te maken, maar Black heeft hem daarvan weten te weerhouden. Je zou zelfs kunnen zeggen dat Black hem heeft gered. Het gevolg is dat ze nu bij Black thuis in zijn appartement zitten en gaan praten over wat er gebeurd is. Een kleine inleiding m.b.t. de personages is op zijn plaats, maar ik ga niet teveel verklappen.

Black is nieuwsgierig en wil weten wat White zo ver heeft gekregen dat hij zelfmoord wil plegen. Nu is dat vrij menselijk, lijkt me. Iedereen zou dat graag willen weten. Maar er is meer, want Black is een overtuigd Christen. Hij gelooft dat God ervoor heeft gezorgd dat hij op het juiste moment bij White was, om zo zijn leven te kunnen redden. In het gesprek dat volgt is dit het uitgangspunt van Black. De film is overigens één groot gesprek, net als bijv. `A Man From Earth'. Een aanrader, overigens.

White is, in tegenstelling tot wat je zou verwachten, niet echt depressief te noemen. White heeft slechts ingezien dat de wereld niks meer betekent voor hem en dat de dood de enige uitweg is uit dit nare leven. Sommige mensen (de meeste, gok ik) zouden dit typeren als depressief, maar White is iemand die heeft nagedacht over de wereld en alles wat wij daarin doen. Hij is rationeel suïcidaal, in tegenstelling tot mensen die vooral wegens emotionele redenen zelfmoord plegen.

Black's pogingen om White van het bestaan en het nut van God te overtuigen komen constant haaks te staan op White's overtuigingen dat de hele wereld geen betekenis heeft. De twee mannen luisteren echter wel naar elkaar en bestrijden of beamen elkaars standpunten. Zo ontstaat er een hele interessante, licht filosofische, discussie tussen Black en White. Af en toe maakt Black nog een bijdehand grapje, terwijl White gitzwarte, cynische grappen afvuurt. De film is daardoor niet één brok rauw discussiemateriaal, maar laat de kijker ook af en toe lachen. Een anekdote over een stelletje dronken vrienden van Black is echt geniaal. De mannen hebben respect voor elkaar en zoals het in goede discussies gaat heeft soms de één het overwicht, om vervolgens weer op zijn plaats gezet te worden door een goed punt van de ander. Het momentum in de discussie verschuift tussen beide heren, waardoor er een dynamisch en heel interessant gesprek ontstaat, of je nu gelovig bent of niet.

De acteurs zijn steengoed. Ik kan uren luisteren naar de zware, rauwe en typische stem van Samuel L. Jackson en hier praat hij honderduit, als een volleerd predikant. Ook zijn gelaatsuitdrukkingen en lichaamstaal passen er helemaal bij en hij zou zo voor kunnen gaan in zo'n zwarte Amerikaanse gospelgemeente. `Ezekiel 25: 17' is er niets bij. Tommy Lee Jones is gelaten, rustig, maar heeft vlijmscherpe argumenten zo nu en dan, zoals het een professor betaamd. Hij is heel realistisch, pessimistisch en naar het einde toe komt hij steeds meer tot leven, geprikkeld door Black. De scène waarin White vertelt hoe de wereld volgens hem in elkaar zit is angstaanjagend en één van de beste stukken film die ik sinds tijden gezien heb. Kippenvel. Op cruciale momenten in de film wordt er gebruik gemaakt van een beetje licht aanzwengelende muziek, maar de rest van de film hoor je slechts het gesprek en wat achtergrondgeluiden.

Dit is een hele fijne, serieuze en symbolische film met twee fantastische acteurs en een bijzonder verhaal. Zeker het kijken waard als je enigszins geïnteresseerd bent in dit soort onderwerpen.

The Chronicles of Narnia: The Voyage of the Dawn Treader

Genre: Fantasy / Avontuur
Waardering:  2/5

Lucy (Georgie Henley) en Edmund (Skandar Keynes) wonen na de avonturen uit deel 2 (`Prince Caspian') bij hun oom, tante en irritante neefje Eustace (Will Poulter). De situatie doet wat denken aan `Harry Potter'. Net als Harry, ontsnappen Lucy en Edmund aan de realiteit, dit keer niet op een treinstation (zoals Harry en het gezelschap in `Prince Caspian'), maar in een schilderij. Ze komen in zee terecht, in het koninkrijk van Narnia, waar toevalligerwijs Caspian (Ben Barnes) langs komt varen op een boot, de Dawn Treader. Caspian is op weg naar de Lone Islands, omdat daar allemaal mensen vermist worden, waaronder wat belangrijke heersers. De oorzaak voor de verdwijningen zijn slavenhandelaren. De bewoners van het eiland worden niet alleen ontvoerd en verhandeld, maar soms ook opgeofferd aan de groene mist, midden op zee. De mensen verdwijnen in de mist en Caspian, Lucy en Edmund ondernemen een missie om de bewoners te redden, net als de verdwenen heersers. 

Eustace
Peter en Susan uit de vorige 2 films zijn niet aanwezig. Zij zijn aan het studeren in Amerika en worden gemist, voornamelijk omdat je nu moet kijken naar de minst interessante personages van de vier. Sowieso is het raar dat de helft van het ondertussen bekende viertal afwezig is. De film introduceert Eustace, het vervelende neefje die ook mee mag doen aan het grote avontuur. Hij fungeert als saboteur van de missie en als verteller. Op bijzonder pessimistische manier wordt vanuit Eustace's ogen verteld wat het gezelschap gaat ondernemen en waarom. Poulter speelt Eustace wel aardig, maar het personage op zich is niet zo interessant. Hetzelfde geldt voor Edmund. Wat hem bezig houdt komt in deze film niet ter sprake, in tegenstelling tot vorige Narnia-films. Alleen Lucy's karakter komt goed uit de verf, maar zij acteert dan weer wat schaapachtig. De beste acteur van het stel is denk ik Barnes, maar ook hij blaast je niet omver met zijn vertolking van Caspian. Het leukste karakter uit de film is de zwaardvechtende rat, die ik in de voorgaande delen ook al erg kon waarderen. Wanneer het beste personage echter een rat is ga je al twijfelen...


De film is op allerlei vlakken minder dan z'n voorgangers. Het epische gevoel, dat ik in zeker opzicht had in voorgaande delen, is hier verdwenen. Er zijn geen massale veldslagen meer, geen enorme legers die op elkaar afstormen of kolossale stukken land die men moet veroveren. Er is slechts een boot (wel een mooie hoor) waar grote delen van de film plaats vinden. Ze vechten tegen wat monsters (wel mooi gemaakte monsters, dat wel), maar het is allemaal niet zo spectaculair. Het verhaal helpt ook niet echt, aangezien ze op zoek gaan naar mensen die de kijker nog nooit heeft gezien en waar je ook geen affiniteit mee hebt. De groene mist dat symbool staat voor het algehele kwaad is ook niet iets waarvan je denkt dat het per direct vernietigd dient te worden. Wanneer de spanning toeneemt en je denkt dat het toch nog wel iets zou kunnen worden komt die leeuw weer uit het niets tevoorschijn om alle problemen op te lossen. Niet tof, die Aslan. 

vlnr. Aslan, Lucy, Edmund en Caspian
Het einde deed me wat denken aan de laatste Lord of the Rings film, waarbij Frodo maar niet op die boot wil stappen. Ook hier is de laatste scène nogal overdreven dramatisch. Het christelijke karakter van de film (Aslan staat symbool voor Jezus/God) wordt vooral op het einde duidelijk omdat de link naar de realiteit wordt gemaakt. Waarschijnlijk gaan we Lucy en Edmund in deel 4 niet meer terugzien, maar Eustace vrees ik wel, gezien de laatste woorden van Aslan. Wijk dan maar wat af van de boeken van C.S. Lewis. Eustace in de hoofdrol, de horror... Deel 4 heet `The Magician's Nephew', dus Aslan kan het wel eens bij het rechte eind hebben. Daar is hij tenslotte ook God voor natuurlijk. Hopelijk zorgt God dan ook voor een iets beter deel 4, want ik vrees dat alleen de jongsten van Zijn schepselen en fanatieke fans dit deel kunnen waarderen.

28-03-2011

The Warrior's Way

Genre: Actie / Drama
Met: Dong-Gun Jang, Kate Bosworth (Superman Returns, 21), Geoffrey Rush (King's Speech)
Waardering:  3/5


De voice-over (Rush) vertelt ons in een verschrikkelijk over-the-top Amerikaans accent dat `the warrior' (Jang) lid is van een clan die al 500 jaar vecht tegen een andere clan. Beide clans hebben afgesproken om niet te stoppen met vechten voordat één van beiden volledig is uitgeroeid. Het is maar wat je leuk vindt. Hoe dan ook, `the warrior' vermoordt de hele clan, maar kan het niet over zijn kille hart verkrijgen om de laatste van de vijandelijke clan te vermoorden. Die laatste persoon is namelijk een klein baby'tje. Wetende dat hij opgejaagd zal worden door zijn eigen clan vlucht hij samen met de baby naar Amerika, waar hij nog wat mensen kent. Aangekomen op de prairie bij een reizend circus in het dorpje Lode zijn de problemen nog lang niet voorbij. `The warrior' moet afrekenen met een bende die het circus terroriseert en met zijn eigen clan. Daarbij wordt hij geholpen door Lynne (Bosworth) en Ron (Rush) plus nog wat andere vreemde circuspersonen.


De film neemt zichzelf niet bijzonder serieus. `The warrior' wordt geïntroduceerd als `the greatest warrior, in the history of mankind, ever!', nadat hij in één beweging 10 ninja's om zeep heeft geholpen. `The warrior' heeft geen naam, spreekt bijzonder slecht Engels en wordt ook niet heel goed geacteerd. Zijn motieven zijn, net als die van vele andere personages, nogal onduidelijk. Wie hij in Amerika kent en hoe wordt niet duidelijk. Hij heeft naast een arsenaal coole moves ook een groot arsenaal clichés, die net als alle ledematen in het rond vliegen. Bij andere personages wordt in een enkel geval de moeite genomen om ze wat meer diepgang te geven, maar dat komt niet geloofwaardig over. Iedereen blijft oppervlakkig en één-dimensionaal, al hebben wel alle personages hetzelfde arsenaal aan clichés. Met een stalen gezicht zegt men de meest idiote, ongepaste dingen, waardoor ik regelmatig in een deuk lag. Misschien was dit de bedoeling van de filmmakers (zoals in Machete bijv.). Laten we het maar hopen.


Het verhaal is voorspelbaar en bevat weinig verrassingen. Je ziet alles van mijlenver aankomen. De regisseur heeft ervoor gekozen om zich te focussen op de actie. Daarmee zit het wel goed. Men vecht in prachtig geanimeerde omgevingen waar men elkaar op stijlvolle en brute wijze afmaakt. Het is allemaal heel mooi gechoreografeerd en in beeld gebracht, daarbij overigens elke vorm van realisme achterwege latend. Ninja's springen 20m in de lucht vanuit het water of landen simpelweg uit de hemel op de daken om vervolgens neer te ploffen op het zand, waardoor stofwolkjes opvliegen. De actie is goed bedacht, lekker gedetailleerd, vrij origineel en maakt de film het kijken waard als je net als ik houdt van mattende ninja's. Zo niet, dan kan je dit beter overslaan, tenzij je een cursus `clichés in films' wilt geven.

A Somewhat Gentle Man (En ganske snill mann)

Genre: Zwarte komedie / Drama
Met: Stellan Skarsgard
Waardering:  3.5/5

Ulrik (Skarsgard) komt na 12 jaar uit de gevangenis waar hij vastzat wegens moord. Ulrik is een rustige, wat sombere en stille man. Hij komt niet over als een moordenaar en hij is zelfs wat angstig voor de wereld buiten de gevangenis. De bewaker bij de poort drukt Ulrik op het hart dat hij vooruit moet kijken en niet terug moet denken aan zijn criminele verleden, maar een uurtje later wordt Ulrik al opgevangen door z'n oude maatje en collega-crimineel Jensen. Jensen wordt bijgestaan door Rolf, maar Rolf kan in Jensen's ogen maar weinig goed doen. Jensen heeft voor Ulrik's familie gezorgd toen Ulrik in de bak zit en hij verlangt nu een tegenprestatie. Ulrik moet weer iemand vermoorden.

Ulrik gaat ondertussen werken bij een autobedrijf als monteur. Zijn baas Sven praat alleen maar in volzinnen en houdt volledige betogen wanneer hij een punt wil maken. Hij heeft een beetje de uitstraling van een docent, maar dan in een overall. Ulrik moet verder zijn huisbazin te vriend houden, hij komt zijn ex tegen en hij gaat op zoek naar zijn zoon, die niet weet dat hij nog een vader heeft. Ulrik probeert zijn leven weer op de rails te krijgen, maar wordt vanuit allerlei hoeken tegengewerkt. In de liefde zit het hem wel weer mee, want alle vrouwen in de film vallen bij bosjes voor Ulrik.


Ulrik wordt fijn gespeeld. De gortdroge humor en de absurde stijl passen helemaal in het plaatje en maken het personage compleet, zonder dat er daarbij veel woorden nodig zijn. Ulrik is geen prater, maar zijn gezichtsuitdrukkingen spreken boekdelen. Zo af en toe verrast de film, vooral door Ulrik's minder aardige kant, maar het vertelt vooral het verhaal van een ex-crimineel die zijn draai in de realiteit probeert te vinden en zijn leven wil beteren. Dat gaat op een ietwat trage, typische en humoristische stijl die me erg deed denken aan `The Green Butchers'. Zo is de scène waarin Rolf, Jensen en Ulrik een revolver gaan kopen is bijzonder grappig. Op andere momenten zit je vol afschuw te kijken en even later weet de film je te ontroeren. Het is allemaal mooi in elkaar gezet. Leuke film dus en als je films als `The Green Butchers' kan waarderen dan moet het met deze ook lukken.