21-08-2015

Irrationeel tussendoortje van Woody Allen

Irrational Man


Een nieuw jaar, een nieuwe Woody Allen tragikomedie. De laatste jaren wisselden goede (Midnight in Paris, Blue Jasmine) en matige films (To Rome with Love, Magic in the Moonlight) elkaar af. Volgens die logica moet er nu weer een goede komen, maar is dat gelukt?

Het korte antwoord is: nee. 

Irrational Man heeft de typische liefdesverhoudingen die we kennen van Woody Allen, onmogelijke liefdes die uiteindelijk toch beantwoord worden, met alle gevolgen van dien. Maar wat mist zijn de interessante personages, scherpe dialogen en ongemakkelijke situaties die zo kenmerkend zijn voor het betere werk van Woody Allen.


Dit keer weet de gevierde regisseur de potentie van zijn cast niet volledig aan te boren, terwijl hij werkt met Emma Stone en Joaquin Phoenix. Hun personages, Jill, een jonge studente, en Abe, een filosofieprofessor, beginnen een tamelijk oninteressante liefdesrelatie terwijl ze hun gevoelens middels een dubbele voice-over delen met de kijker.

Abe kampt met existentialistische vragen, citeert willekeurige frasen van Kierkegaard en Kant en speelt Russisch roulette tijdens een studentenfeestje. Niet bepaald je standaard filosofieprof. Zijn nihilisme ondanks alle wereldreizen slaat later om in levenslust wanneer hij zich een nieuw levensdoel stelt: een moord plegen. 


Jill is een typisch Emma Stone-personage: gevat, lief, grappig, intelligent en onschuldig. Ze windt er geen doekjes om, Abe is interessant en iedereen mag het weten. Ook haar veel te begripvolle vriendje Roy. Net als Abe blijft Jill echter wat flets, ondanks de natuurlijke charme van Emma Stone die in zomerse jurkjes door het beeld dwarrelt.

De irrationaliteit heeft zich niet alleen meester gemaakt van Abe, maar ook van Allen zelf. Het plot wordt steeds bizarder en uiteindelijk vliegt de film behoorlijk uit de bocht. Terwijl Jill op het strand staat te mijmeren is het te hopen dat Allen voor volgend jaar wat meer inspiratie heeft.


Oostenrijkse ondergrondse freakshow

Im Keller



Na de Paradies-trilogie is Ulrich Seidl terug met een choquerende documentaire die tegelijkertijd bijzonder grappig is.


Hoe Ulrich Seidl deze mensen heeft gevonden, werkelijk geen idee. Een man die tuba speelt en z'n hele huis vol heeft gestouwd met Nazi-spullen, een vrouw die allerlei poppen in haar kelder in dozen heeft zitten die ze er af en toe uithaalt om te knuffelen of een man die opera blèrt in z'n ondergrondse schiettent.

Seidl gunt de kijker even de tijd om te wennen aan de (typische?) Oostenrijkse kelders, alvorens hij het zware geschut tevoorschijn haalt en de SM-kelders in beeld komen. Een man krijgt een aantal kilo gewichten aan z'n scrotum gehangen door een meesteres, een vrouw wordt met een beachballbatje gemept. "Van Toys 'R' Us." En dat alles frontaal in beeld, zoals we dat ondertussen van de Oostenrijkse cineast gewend zijn.


Seidl kan als geen ander z'n acteurs de meest onflatteuze poses laten aannemen om het zo ook voor de kijker lekker ongemakkelijk te maken. Helemaal bizar is het te bedenken dat het hier een documentaire betreft (zonder acteurs dus), die overigens erg gestileerd is en daardoor niet als zodanig overkomt. Het camerawerk is zeer statisch en symmetrisch, bewegend beeld is er nauwelijks, muziek is totaal afwezig. Maar het werkt, want de gefilmde mensen en hun praktijken worden zo eigenlijk alleen maar uitvergroot.

Im Keller is naast verbazingwekkend ook behoorlijk grappig. Wanneer een man gekleed in slechts een leren onderbroek vertelt wat hem onderscheid van andere mannen (namelijk een enorme zaadlozing) of wanneer de Nazi-tubaspeler verkondigt dat een kamer vol hakenkruizen, Duitse pakken en Hitlerportretten de gezelligste kamer van het huis is, werkt dat wel op de lachspieren.


Toch heeft Im Keller ook een wat serieuzere ondertoon die zo heel af en toe naar voren komt in de schaarse gesprekken in de documentaire. Thema's als fascisme, racisme en xenofobie worden aangesneden in de ondergrondse ruimten, die hiermee het onderbewuste van Oostenrijk lijken te symboliseren. Voordat je daar echter te lang over na kan denken wordt er iemand aan z'n ballen opgehesen en voel je je zelf ook niet optimaal.

19-08-2015

Hoe de roem een jazzlegende verzwolg

Amy


Amy is een ontluisterend verhaal over een jazzlegende, muzikaal genie en humoristische vrouw die jazzmuziek nieuw leven inblaast, maar ten onder gaat aan de roem. Een geweldige 127 minuten durende film over een legendarisch lid van de 27 Club. 


Het is triest om te zien hoe grote muzikale legendes aftakelen: Elvis, Cobain, Winehouse. Maar zelfs op dat laatste punt in hun leven, zij het veel te dik, depressief of katjelam, blazen ze alle concurrentie van het podium. Paradoxaal genoeg creëren misère, ongeluk en verdriet de mooiste liedjes. 

De paradox tussen Amy's leven en haar creativiteit - zonder ellende geen mooie plaat - staat centraal in Amy. Persoonlijke gebeurtenissen worden middels uitstekende montage verweven met liedjes uit haar repertoire, inclusief songteksten op het scherm. Het brengt de kijker dichtbij het schrijfproces, de muziek en de zangeres. 


Regisseur Asif Kapadia, die eerder het mooie Senna maakte over de legendarische formule 1 coureur Ayrton Senna, weet het vertrouwen te winnen van Amy's jeugdvrienden Juliette Ashby en Lauren Gilbert. Zij vertellen samen met Amy's eerste manager Nick Shymansky buiten beeld een bijzonder persoonlijk verhaal dat doorspekt is met emotie, hoorbaar in hun stemmen. Daaronder plaatst Kapadia treffende beelden, niet in de laatste plaats afkomstig van de handicam van Shymansky zelf. Rafelig, korrelig en zonder esthetiek zijn ze, maar ook krachtig doordat Amy vaak recht in de lens kijkt en zo het publiek lijkt aan te spreken.  

De zangeres krijgt zodoende gestalte, persoonlijkheid en flair, voor zover dat er al aan ontbrak. Kapadia blijft dicht bij de kern. Het zijn Amy's vrienden, familie, naasten en af en toe Amy zelf die spreken. Ditmaal geen uitstapjes naar prominente critici of DJ's, maar mensen die echt weten hoe de vork in de steel zit. En allemaal zeggen ze hetzelfde, Amy incluis. "I couldn't handle being famous, I would go absolutely mad."


Uiteraard ontbreken de beelden van Amy's excessieve drank- en drugsgebruik niet. We kennen ze allemaal, Amy zwalkend op een podium. Bij sommige beelden zijn de tattoo's nog het enige herkenningspunt, voor de rest is Amy onherkenbaar. Wat het publiek niet weet is hoe haar naaste omgeving reageert. Hierin onderscheidt de documentaire zich pas echt van de verhalen in de media.

Met name schrijnend om te zien is de destructieve drie-eenheid die alle verantwoordelijkheid laat varen: mediageile Mitchell, haar vader, geldwolf Raye, haar promotor en drugshond Blake, haar man. Ze verzinnen allerlei smoesjes terwijl ze Amy aan haar lot overlaten. Er moeten immers contractuele verplichtingen nagekomen worden, toch? Dat uitgerekend de laatste jaren van Amy's leven haar bodyguard zich opwerpt als vaderfiguur is tegelijkertijd tekenend en tragisch.